Implantaten

een zachte tandenborstel, ragers en/of (super) flossdraad. Poets tweemaal per dag het deel van
het implantaat dat boven het tandvlees uitsteekt. Besteed extra aandacht aan de overgang van het
implantaat naar het tandvlees. Reinig de ruimte onder de spalk met ragers en/of super floss op aanwijzing van uw tandarts of mondhygiënist. Als
u voedselresten en plak rond de implantaten niet weghaalt, gaat het tandvlees ontsteken. Daardoor
verliezen ze op den duur hun houvast, gaan ze los
staan en kunnen ze pijn veroorzaken

Sommige mensen worden regelmatig geplaagd door pijnlijke zweertjes in de mond. Deze zweertjes, aften, komen zowel voor bij jongeren als bij volwassenen. De oorzaak is niet helemaal duidelijk, maar ze richten geen blijvende gezondheidsschade aan. Aften zijn blaasjes of zweertjes in de mond met een doorsnede van drie tot vier millimeter. Het zijn grijswitte of dikke gele plekjes met een rode ontstoken rand. Aften verschijnen aan de binnenkant van de lippen, wangen of onder de tong. Ze bezorgen een stekende pijn tijdens het eten van zuur of heet voedsel. Sommige mensen voelen een afte van te voren aankomen. Ze herkennen het pijnlijke gevoel wat erbij hoort. Soms ziet ook het mondslijmvlies rood.

1. Nazorg bij implantaten

Een goede dagelijkse mondhygiëne en
regelmatige controle door de tandarts zijn
noodzakelijk nadat uw implantaat is geplaatst. De
tandarts of kaakchirurg geeft aan wanneer hij u wil
terugzien voor controle. De tandarts besteedt bij
de controle aandacht aan:
• De gezondheid van uw tandvlees.
• De situatie van het kaakbot rondom uw
implantaten.
• Slijtage van de kroon, brug of prothese.

3.Garantie bij implantaten

Wat u moet weten betreffende garantie. In
heel de tandheelkunde is er officieel geen
sprake van garantie. Behalve bij implantaten.
Dit heeft te maken met het verschil tussen
inspanningsverplichting en leververplichting. Dit
is vastgesteld door de Nederlandse Zorgautoriteit
(NZa). Wij, als praktijk, staan echter achter het
werk dat wij maken en geven dus wel garantie
van minimaal 1 jaar met bepaalde voorwaarden en
stappen dan af van de inspanningsverplichting en
gaan over naar een leverbelofte. Kijk de garantie
voorwaarden na op onze website. Bij implantaten
is wettelijk vastgelegd dat je, wanneer iemand
niet rookt, verplicht bent om 1 jaar garantie op het
implantaat te bieden. Wij bieden dan ook deze
garantie.

5. Wat is een implantaat?

Een implantaat kunt u het beste vergelijken met
een kunstwortel. Een implantaat vervangt een
afwezige tandwortel en wordt als een schroef in de
kaak gebracht. Implantaten worden gemaakt van
een lichaamsvriendelijk materiaal zoals titanium.
Soms zijn ze voorzien van een keramische laag. Het
implantaat biedt houvast voor een kroon, brug of
kunstgebit.

6. Wanneer worden implantaten toegepast?

• Bij het ontbreken van een tand of kies. De tandarts
plaatst op het implantaat een kroon van metaal of
keramiek.

• Bij het ontbreken van enkele tanden of kiezen.
De implantaten worden in deze situatie van een
vastzittende brug voorzien. Een brug is een voor
de patiënt niet uitneembare vervanging van één of
meer ontbrekende tanden en/of kiezen.

• Bij het ontbreken van alle tanden en kiezen
kan op implantaten (meestal twee) een
overkappingsprothese worden geplaatst. Deze
wordt op de implantaten vastgeklikt.

9.Na het inbrengen van de implantaten

De ervaringen met de behandelingen zijn
wisselend. Het bot zelf heeft geen gevoel,
maar het tandvlees kan enigszins pijnlijk zijn.
Daarvoor krijgt u zo nodig een pijnstillend middel
voorgeschreven. Het kan dus zijn dat u een
blauwe plek in het gezicht krijgt. Veelal is dit niet
aan de orde, maar het kan gebeuren. Mocht dit
gebeuren willen we u vragen hier een foto van
te maken en deze naar ons te sturen. Wij maken
daar een studie van betreffende morbiditeit na de
behandeling.
Na 2 à 3 weken ziet degene die geïmplanteerd
heeft u terug voor de eerste nazorg. Deze bepaalt
vervolgens hoeveel weken later uw eigen tandarts
of tandprotheticus verder kan met het betreffende
werkstuk, een kroon of brug of een prothese.

2. Kosten van implantaten

Wat u moet betalen voor de behandeling is
afhankelijk van de omvang van de werkzaamheden
en van uw ziektekostenverzekering. Vraag uw
tandarts of kaakchirurg naar een offerte en
bespreek die altijd met uw verzekeraar. Een
schatting kunnen we u wel geven. Het plaatsen
van het eerste implantaat kost rond de 1.000,-
euro. Als er een botopbouw nodig is, brengt dit
een bijkomende kostenpost van ongeveer 400,-
euro met zich mee. Dit geldt uiteraard alleen
indien de botopbouw noodzakelijk is. Een tweede
implantaat in dezelfde kaak kost tussen de 500,- en
600,- euro, omdat een groot deel van de kosten
betrekking heeft op de steriele materialen die
gebruikt worden, en deze materialen hoeven maar
één keer afgerekend te worden. Bij een implantaat
gedragen prothese wordt altijd een machtiging
aangevraagd bij uw zorgverzekeraar en valt dan
ook in de basisverzekering.
Lees betreffende kosten ook de folder: ‘Kosten en
garantie in de tandheelkunde’.

4. Wat moet ik doen als ik een implantaat oplossing wens?

Plan een afspraak voor een intake bij onze
implantoloog.

7. Wanneer is een behandeling met implantaten mogelijk?

In principe kan bij iedereen met volgroeid kaakbot
(vanaf ongeveer achttien jaar) een implantaat worden
geplaatst. Voor een succesvolle behandeling moet u
wel aan enkele voorwaarden voldoen:
• U moet voldoende kaakbot hebben voor de
verankering van de implantaten.
• Uw kaakbot moet gezond zijn.
• Het tandvlees van de resterende tanden moet gezond zijn. Is dat niet het geval dan wordt dit
eerst behandeld.
• U moet bereid zijn de aangebrachte voorzieningen
goed te onderhouden.
De tandarts beoordeelt aan de hand van
röntgenfoto’s of u voldoende kaakbot heeft en of
het gezond is. Tegenwoordig is het mogelijk nieuw
kaakbot te laten ontstaan op plaatsen waar er te
weinig van is.
NB. Roken en bovenmatig alcoholgebruik hebben
een zeer nadelige invloed op het succes van de
behandeling. Als u rookt kunnen we implanteren,
maar er is dan geen sprake van garantie.

8.Hoe verloopt de behandeling met implantaten?

Twee manieren van inbrengen
1. Het implantaat is zichtbaar in de mond (steekt
door het tandvlees heen). De tandarts hoeft bij
het aanbrengen van de kroon, brug of prothese
het tandvlees niet meer open te maken. Dit is de
meest gekozen optie heden ten dage. Dit noemen
we 1-fase implantologie.
2. Het implantaat wordt na het inbrengen helemaal
onder het tandvlees opgesloten. Er is bij deze
methode minder kans op infectie. Het tandvlees
wordt voor het aanbrengen van de kroon, brug
of prothese opnieuw opengemaakt en er wordt
dan een geneesknopje geplaatst voor enkele
weken. Dit noemen we de 2-fase methode. Deze
methode wordt het minst vaak gekozen door uw
behandelaar.
Uw tandarts of kaakchirurg overlegt met u welke
aanpak in uw situatie de beste is.

Werkwijze inbrengen implantaten door De tandarts
of kaakchirurg:
1. Eerst krijgt u een plaatselijke verdoving rond de
plaats waar het implantaat komt.
2. Daarna wordt het tandvlees op de plek waar het
implantaat moet komen losgemaakt, zodat het
kaakbot zichtbaar wordt.
3. Dan wordt een gaatje in het kaakbot geboord.
4. Daarin wordt het implantaat geschroefd of
getikt.
5. Het tandvlees wordt vervolgens gehecht.
6. Op het implantaat wordt een geneesknopje
geplaatst, hiertegen groeit het tandvlees aan.
7. Na 2 à 3 weken komt u terug voor de eerste
nazorg en de laatste hechtingen worden dan
verwijderd.
8. Na 2,5 à 3 maanden mag uw tandarts de kroon of
brug of prothese gaan maken op het geplaatste
implantaat of de implantaten.
Als u meer dan één implantaat nodig heeft, worden
deze vrijwel altijd tijdens dezelfde behandeling
ingebracht.

10.Mondhygiëne bij implantaten

Een implantaat onder een kroon of brug zit
verankerd in het bot. Het is erg belangrijk dat u de
overgang van de kroon of brug naar het tandvlees
goed schoonmaakt. Poets dit gebied zorgvuldig
met een zachte tandenborstel en gebruik
tandenstokers, ragers en/of speciale flossdraad.
Bij een slechte mondhygiëne kunt u uw implantaat
verliezen. Er is dan sprake van peri-implantitis.
Daar is weer een behandeling voor mogelijk bij uw
implantoloog maar hier geldt; voorkomen is beter
dan genezen.
Implantaten die als pijlers dienen onder een
overkappingsprothese maakt u schoon met

Bezoekers ervaren onze praktijk als zeer goed!

Informatiefolders

Implantaten

een zachte tandenborstel, ragers en/of (super) flossdraad. Poets tweemaal per dag het deel van
het implantaat dat boven het tandvlees uitsteekt. Besteed extra aandacht aan de overgang van het
implantaat naar het tandvlees. Reinig de ruimte onder de spalk met ragers en/of super floss op aanwijzing van uw tandarts of mondhygiënist. Als
u voedselresten en plak rond de implantaten niet weghaalt, gaat het tandvlees ontsteken. Daardoor
verliezen ze op den duur hun houvast, gaan ze los
staan en kunnen ze pijn veroorzaken

1. Waarom is speeksel zo belangrijk?

Speeksel heeft een smerende werking wanneer u
spreekt, kauwt en slikt. Met behulp van speeksel
kunt u makkelijker bewegen met uw wangen, tong
en lippen. Met uw speeksel bevochtigt u voedsel
zodanig dat u het pijnloos kunt doorslikken. Ook
bevochtigt speeksel het mondslijmvlies, waarmee
uitdroging wordt voorkomen. Bovendien heeft het
een reinigende werking op tanden, kiezen en het
mondslijmvlies. Daarnaast remt speeksel de werking
en de groei van bacteriën en schimmels in de mond,
waardoor mondinfectie wordt voorkomen.

2. Wat zijn de meest voorkomende klachten bij een droge mond?

U kunt de behoefte hebben om regelmatig uw mond
vochtig te maken. Die behoefte kan zowel op de
dag als ’s nachts optreden. Soms gaat wegslikken
van droog voedsel (bijvoorbeeld beschuit, cracker
of brood) moeilijk, als u er niets bij drinkt. Het
eten blijft als het ware in uw mond plakken. Verder
kunnen zowel de lippen als de tong strak en plakkerig
aanvoelen. Ook kunt u problemen hebben met
spreken. Denk hierbij aan het klakken van de tong en
een moeizame uitspraak van sommige woorden of
letters.

3. Wat zijn de gevolgen van een droge mond voor uw tanden en kiezen?

In een gezonde mond helpt speeksel uw tanden en
kiezen te beschermen. Als u onvoldoende speeksel
heeft, vormt tandplak zich sneller dan normaal. Tandplak bevat zeer veel bacteriën en door die bacteriën ontstaan sneller gaatjes in uw tanden en kiezen. Dit gebeurt vooral wanneer u regelmatig suiker bevattend voedsel eet waar die bacteriën
goed van kunnen leven en vermenigvuldigen. In
een droge mond treden de vorming van tandplak
en gaatjes vooral op langs de randen van het
tandvlees. Hierdoor kan bovendien het tandvlees
gaan ontsteken. Op den duur kunnen de tanden en
kiezen los gaan zitten. Zonder extra beschermende
maatregelen kunnen uw tanden en kiezen dus
sneller verloren gaan. Om de gevolgen van monddroogheid te bestrijden, kan iemand op zure snoepjes willen zuigen.
Hierdoor bestaat een grotere kans op het ontstaan
van gaatjes en tanderosie (slijtage door zuur).

4. Wat zijn de oorzaken van een droge mond?

Een tekort aan speeksel is de oorzaak van een
droge mond. De speekselklieren geven bijvoorbeeld
onvoldoende speeksel af. Ook kan het speeksel door
verdamping uitdrogen bij ademhaling door de mond.
Onvoldoende afgifte van speeksel kan ontstaan door:

1. Het gebruik van medicijnen
Honderden medicijnen hebben als bijwerking dat
de speekselklieren worden geremd in de afgifte van
speeksel. Dit zijn vooral medicijnen die gebruikt
worden bij de behandeling tegen hoge bloeddruk
(antihypertensiva), of hartritmestoornissen,
of medicijnen zoals antidepressiva, slaapen plasmiddelen. De medicijnen tasten de
speekselklieren zelf meestal niet aan, maar remmen
alleen de speekselafgifte.

2. Ziekten
Een droge mond kan optreden bij uitdroging door
koorts of diarree. Ook iemand die lijdt aan een nog
niet goed ingestelde suikerziekte kan klagen over
dorst en monddroogheid. In deze gevallen is de
klacht tijdelijk. Zodra de ziekte is genezen of de
suikerziekte is geregeld, verdwijnt de droge mond.
Blijvende monddroogheid komt voor bij mensen die
lijden aan bijvoorbeeld aids of het syndroom van
Sjögren (chronische ontsteking van de traan- en
speekselklieren). Bij hen kunnen de klachten over
monddroogheid wisselen, maar geheel verdwijnen
doen ze nooit. Bij het syndroom van Sjögren neemt
de monddroogheid met de jaren zelfs toe.

3. Bestraling
Wanneer een kwaadaardig gezwel in het hoofd of
de hals radioactief wordt bestraald, kunnen de
speekselklieren door de straling onherstelbaar
worden beschadigd. Dit resulteert veelal in blijvende,
ernstige monddroogheid. Gek genoeg soms ook in
een extreme speekselvloed, het tegenovergestelde
van een droge mond.

5. Wat zijn de gevolgen van een droge mond voor iemand met een kunstgebit?

Vaak blijft een kunstgebit in een droge mond niet
goed op zijn plaats zitten. Bij anderen ontstaat
tussen het kunstgebit en het mondslijmvlies een
ingedikte laag speeksel. Het kunstgebit plakt dan
als het ware vast aan het gehemelte. Hierdoor
gaat het kunstgebit wrikken en ontstaan pijnlijke
plekken.

6. Wat zijn de gevolgen van een droge mond voor het mondslijmvlies?

Slijmvliezen raken makkelijk geïrriteerd als
de beschermende speeksel laag ontbreekt.
Die irritaties ontstaan bijvoorbeeld door het
kunstgebit, of door het eten van zuur of gekruid
voedsel of het drinken van alcohol. Er kunnen
dan pijnlijke plekken ontstaan op uw tong, wang,
gehemelte of tandvlees. Ook ontstekingen, vooral
schimmelinfecties, kunnen makkelijk ontstaan.

7. Hoe zijn de gevolgen van een droge mond te bestrijden?

De gevolgen van een droge mond kunt u,
afhankelijk van de oorzaak, op verschillende
manieren bestrijden. Overleg met uw tandarts
welke behandeling voor u het meest geschikt is.
Monddroogheid is te bestrijden door:

Het stimuleren van de speekselafgifte
Uw speekselklieren kunnen tijdelijk niet goed
werken of uw speekselafgifte kan geremd zijn
door het gebruik van medicijnen. In beide gevallen
kunt u de speekselproductie stimuleren. Eet
bijvoorbeeld voedsel waarop u goed moet kauwen.
Denk aan stevige bruine boterhammen, wortels
of suikervrije kauwgom. De afgifte van speeksel
kunt u ook versterken door het eten van licht zuur
voedsel, zoals fruit of komkommer. Dit werkt vaak
niet of onvoldoende bij mensen die reeds langer
lijden aan het syndroom van Sjögren of die in het
hoofd of de hals zijn bestraald.

Verandering van medicijnen
Is medicijngebruik de oorzaak van uw droge
mond? Dan kan uw huisarts of specialist de
soort medicijnen, de dosering of het tijdstip van
toediening misschien aanpassen.

Het gebruik van speekselvervangers
Het is niet mogelijk de speekselproductie te
stimuleren wanneer uw speekselklieren niet meer
werken. Als ze nog maar een beetje functioneren,
kunt u ze onvoldoende stimuleren. Dan kunt u met
behulp van zogenoemde speekselvervangers de
gevolgen van een droge mond beperken. Dit zijn speciale vloeistoffen in de vorm van een
bevochtigingsgel (Biotène Oral Balance) of een
verstuiver (Glandosane, Xialine).
Een bevochtigingsgel brengt u op de slijmvliezen
aan. Met behulp van een verstuiver kunt u de
mondholte met die vloeistof bevochtigen.
Het lichtzure Glandosane is voor iemand met
eigen tanden en kiezen niet aan te bevelen
voor frequent gebruik. Een gel wordt vooral
voor de nacht als prettig ervaren. Een spray is
vooral overdag aangenaam. Welk middel u het
prettigst vindt, moet u zelf ondervinden. Een
mondgel is bij de drogist of apotheek te koop. Een
speekselvervanger kan de tandarts voorschrijven
en is bij de apotheek verkrijgbaar. Overleg in ieder
geval met uw tandarts en begin niet op eigen
initiatief aan een middel, ook al is dit bij de drogist
of apotheek verkrijgbaar.

8. Ik heb een droge mond. Is extra verzorging van de mond nodig?

Het is belangrijk dat iemand met een droge mond
extra zorg besteedt aan zijn tanden, kiezen en
tandvlees. Denk daarbij aan het volgende:
• Poets uw tanden tweemaal per dag met
een zachte tandenborstel en gebruik een
fluoridetandpasta.
• De meeste tandpasta’s hebben een te scherpe
mentholsmaak. Alternatieven zijn kinder- of
juniortandpasta’s of tandpasta’s specifiek
ontwikkeld voor mensen met een droge mond.
• Gebruik dagelijks ragers, flossdraad of
tandenstokers om de ruimten tussen uw tanden
en kiezen te reinigen.
• Eet zo min mogelijk suikerhoudend en zuur
voedsel
• Overleg met uw tandarts of mondhygiënist of u
extra fluoride moet gebruiken en hoe u uw tanden,
kiezen en tandvlees het beste kunt verzorgen.
• Wie een kunstgebit heeft, doet er goed aan
dit zo schoon mogelijk te houden. Reinig het
zorgvuldig na iedere maaltijd. Gebruik een speciale
protheseborstel en water om etensresten goed te
verwijderen. Reinig uw kunstgebit dagelijks met
een bij de drogisterij of apotheek beschikbaar
reinigingsmiddel, bijvoorbeeld Ecosym. Volg daarbij
de voorschriften van de fabrikant. Vraag eventueel
uw behandelaar om advies. Een vuil kunstgebit is
vooral in een droge mond een broedplaats voor
bacteriën en schimmels. Houd ook het slijmvlies
(kaken, gehemelte en de overgang van de kaak naar
de wangen) onder de prothese goed schoon. Doe
uw kunstgebit ’s nachts uit en bewaar het in water.
U kunt uw kunstgebit ook in een reinigingsmiddel
leggen.

Zie voor meer informatie www.drymouth.info
(Engelstalig).

9. Ik heb een droge mond. Moet ik vaker naar de tandarts?

Bespreek dit altijd met uw tandarts of
mondhygiënist. Het kan zijn dat u wordt geadviseerd
vaker te komen dan eens per half jaar. Maar
bijvoorbeeld om de 4 maanden bij de mondhygiënist
en 2 x per jaar bij de tandarts voor de controle.
Alleen dan kan beginnende aantasting van uw
tanden en kiezen tijdig worden onderkend en
verdere aantasting worden voorkomen. Vooral
bij ernstige monddroogheid kan deze aantasting
zo snel gaan, dat de ontstane schade bij de
halfjaarlijkse controle zeer moeilijk of zelfs niet
meer te herstellen is.

Bezoekers ervaren onze praktijk als zeer goed!

Informatiefolders